Friese koeien: waar komen de letters in de rijbaan vandaan?

Friese koeien: waar komen de letters in de rijbaan vandaan?

Alle Friese Boeren Met Centen Hebben een Koe. De meeste dressuurruiters hebben dit ezelsbruggetje voor de letters langs de bakrand weleens gehoord. Maar wie heeft dit systeem ooit verzonnen? En hoe zit het met de letters op de AC-lijn en de ‘extra’ letters in een 20 x 60 rijbaan?

Als je je paardenvrienden wilt wegblazen met je fenomenale kennis van de dressuurgeschiedenis, lees dan vooral verder. Er zijn twee theorieën over de oorsprong van de bakletters. Beide verhalen stammen uit Duitsland.

Theorie 1: De keizer van Duitsland

De letters zouden volgens deze theorie zijn ontstaan in de koninklijke stallen van de Duitse keizer, die tot 1918 aan de macht was. Het was gebruik om ’s ochtends dat de paarden en ruiters hier bij elkaar kwamen voor de ochtendexercitie. Daarbij had iedereen zijn eigen plek op het grote, ommuurde terrein, dat grofweg 20 bij 60 meter groot was. De letters op de muren betekenden het volgende:

A: Ausgang – Uitgang
B: Bannertrager – Vaandrager
E: Edeling/Ehrengast – Edelman / Eregast
F: Fürst – Prins
H: Hofsmarschall – Hofmaarschalk
K: Kaiser – Keizer
M: Meier – Rentmeester
P: Pferdknecht – Knecht / Groom
R: Ritter – Ridder
S: Schzkanzler – Kanselier / Minister van financiën
V: Vassal – Bediende

Dit klinkt redelijk logisch, al ontbreken de letter C en de letters van de middenlijn.

Theorie 2: Hier komt de cavalerie

De tweede theorie is dat de letters bij de Duitse cavalerie zijn ontstaan. Dat was vroeger de legereenheid te paard. In Duitsland was er standaard een ruimte van 20 x 60 meter tussen elk stalblok op een cavalerieterrein en die ruimte werd gebruikt om de paarden te trainen en te oefenen.

Het handboek voor de Cavalerie, dat in 1882 is gepubliceerd, laat zien dat de letters A, B, C en D in de hoeken stonden en E en F als middelpunten van de lange zijdes. Het keizerlijk hof en de cavalerie hadden dus niet dezelfde uitgangspunten.

Olympische Spelen

Het is bekend dat er in elk geval rond 1900 al bakletters gebruikt werden, al vond de eerste Olympische dressuurcompetitie op de Spelen van 1912 nog zonder letters plaats. De keer daarna, in 1920 (in 1916 was het oorlog) waren de letters er ineens. Overigens is er ook een theorie dat de letters bewust gekozen zijn om goed van elkaar te onderscheiden en verstaanbaar te zijn bij het voorlezen van de proef. Voor een 20 x 40 bak klopt dat, maar in een grote dressuurring wordt het onderscheid tussen P en V al lastiger…

Springen inclusief

Tot 1952 mochten alleen mannelijke militairen aan de Olympische Spelen meedoen in de paardendisciplines. In vroege dressuurproeven zaten trouwens ook een paar sprongen, onder meer over een rollend vat! In vergelijking daarmee lijkt “A-X-C  binnenkomen in verzamelde galop” opeens een stuk gemakkelijker…

Bron: How to dressage Dressuur

 

De uitdaging van het juiste paard vinden

De uitdaging van het juiste paard vinden

In de zoektocht naar je ideale paard heb je als koper met meerdere dingen te maken. Bij een jong paard koop je vooral de belofte voor de toekomst, maar ook bij een ouder paard dat al wat gepresteerd heeft, kun je niet automatisch aannemen dat hij dat bij jou ook gaat doen, dat is iets dat nog moet blijken.

YourHorse verzamelde daarom een paar tips voor wanneer je op zoek bent naar je nieuwe topper en zette deze op een rijtje.

Bouw

Kijk als eerste naar hoe een paard gebouwd is. Ziet hij eruit als een dressuurpaard, is hij mooi bergop gebouwd, heeft hij lange benen en is hij elegant? Maar kijk vooral ook naar zijn voeten. Het is niet voor niets een eeuwenoude wijsheid dat ‘geen voet, geen paard’ is. Dus let op dat een paard geen ongelijke voeten heeft. Het beste kun je een paard hebben dat vier gelijke voeten heeft. Daarmee kan hij zijn gewicht het beste verdelen en lijden zijn gewrichten het minst van een scheve belasting.

Instelling

Let ten tweede goed op zijn houding en instelling. Je wilt dat hij ontspannen is op stal en liever niet dat hij onrustig heen en weer drentelt. Hij moet zelfverzekerd genoeg zijn om je te ontmoeten als je zijn box betreedt, maar je niet ondersteboven lopen als je naar binnen gaat. Vraag ook of er even met hem aan de hand over het terrein gestapt kan worden zodat je ziet hoe hij reageert op een andere omgeving. Zelfs jonge paarden laten vaak aan de hand al zien of ze brutaal zijn of juist angstig of gewoon koel.

Laat hem voorrijden

Laat een paard altijd eerst voorrijden door zijn gebruikelijke ruiter. Bied niet aan om als eerste op te stappen, omdat je niet weet hoe een paard zal reageren. Ook als de eigenaar volhoudt dat het allemaal goed zal gaan, kun je beter eerst kijken naar hoe hij onder een andere ruiter gaat. Daarmee krijg je vast een indruk over hoe hij het beste gereden kan worden en bovendien kun je dan al een beetje inschatten of hij bij je past.

Uitproberen

Let bij jonge paarden vooral op de stap en de galop als ze voorgereden worden, maar neem als je zelf rijdt de tijd om alle gangen goed te voelen. Wees nieuwsgierig en probeer uit hoe hij het beste gereden wordt en vraag eventueel een paar tips aan zijn vaste ruiter. Niet iedereen rijdt hetzelfde en je kunt je tijdens het uitproberen het beste aanpassen aan hoe het paard gewend is gereden te worden, daarmee krijg je de beste informatie. Als je hem koopt, heb je nog tijd genoeg om hem naar eigen inzicht op te leiden.

Wil hij?

Probeer als je rijdt te voelen of hij wil doen wat je vraagt. De instelling om voor je te willen werken is van doorslaggevend belang. Je kunt een plaatje van een paard hebben met uitzonderlijke gangen, als hij niet bewerkbaar is dan heb je er niet zo veel aan. Vergeet niet dat Valegro bijvoorbeeld ook maar ‘gewoon’ een paard was met drie goede basisgangen. De rest van het verhaal was deskundige training en een hele goede instelling van het paard.

Bron: Yourhorse / Dressuur

 

0